Het verstandshuwelijk tussen Poetin en Xi wordt almaar intiemer / De Groene digitaal


In het nieuws


Het verstandshuwelijk tussen Poetin en Xi wordt almaar intiemer


Poetin is vandaag Xi’s eregast bij de opening van de Olympische Winterspelen. De samenwerking tussen de twee megaburen wordt steeds hechter. Xi en Poetin zullen het ongetwijfeld over geopolitiek hebben. Twee scenario’s over Oekraïne en Taiwan.


Jan van der Putten


4 februari 2022


In China heeft Xi Jinping geen politieke vrienden, alleen hielenlikkers, en buiten China heeft hij er maar één: Vladimir Poetin. De Rus was de eerste buitenlandse leider die zich aanmeldde om de opening van de Olympische Winterspelen in Beijing bij te wonen. Vandaag is hij Xi’s eregast. Het is de achtendertigste keer dat ze elkaar zien sinds Xi in 2013 president werd. Waarschijnlijk is het hun belangrijkste ontmoeting. Niet vanwege de Winterspelen maar vanwege Oekraïne.


Xi en Poetin zullen ‘de wereld een hoognodige dosis stabiliteit en zekerheid injecteren’, weet het Chinese staatspersbureau Xinhua, een propaganda-afdeling van de Partij. Poetin deed er gisteren in een Xinhua-artikel over de Chinees-Russische relaties nog een schepje bovenop: ‘In de uitdagende internationale omgeving spelen onze landen een belangrijke stabiliserende rol, want ze bevorderen een grotere democratie die het systeem van internationale relaties rechtvaardiger en inclusiever moet maken.’ Mooie woorden, maar de vraag is wat die injectie en die stabiliserende rol de wereld zullen kosten. De vele scenario’s van wat de beide vrienden gaan besluiten vallen uiteen in twee hoofdgroepen, die weinig met elkaar gemeen hebben.


Hoofdscenario 1: Xi geeft Poetin geen militaire maar wel politieke steun om Oekraïne binnen te vallen, echter op één voorwaarde: het moet niet gebeuren tijdens de Winterspelen, anders zou dat Xi’s olympisch feestje verpesten. China ontkent in alle toonaarden dat het die voorwaarde heeft gesteld. Dat doet het op dezelfde gebelgde toon waarop het alle beschuldigingen over schendingen van de mensenrechten heeft tegengesproken, dus het kan best waar zijn. Met die invasie zouden Poetin en Xi hun gezamenlijke vijand Joe Biden willen testen om te zien of hij bereid is een tegenaanval uit te voeren. Doet de Amerikaanse president niets, dan blijken de Verenigde Staten, Mao zei het al, een papieren tijger. Springt daarmee voor Xi het sein op groen om eindelijk de ‘afvallige provincie’ Taiwan te herenigen met het moederland? Of moet hij vrezen dat Biden tegenover Oekraïne expres passief blijft, zodat hij de handen vrij heeft om China desnoods met militaire middelen een toontje lager te laten zingen? Niemand weet het.


Ook in het geval dat Biden wél militair reageert op Poetins Oekraïense avontuur, kan voor Xi de kans zijn gekomen om zijn lang gekoesterde droom over de herovering van Taiwan, China’s belangrijkste militaire en diplomatieke doel, in vervulling te laten gaan. Voor het Westen is dit het nachtmerriescenario. De VS kunnen immers geen twee oorlogen tegelijk meer voeren. Als alle Amerikaanse militaire aandacht op Oekraïne is geconcentreerd, krijgt Xi volop ruimte om zich, al dan niet met Russische steun, straffeloos meester te maken van Taiwan en zich daardoor in eigen land eeuwige roem te verwerven. Ook kan hij zich vooralsnog tevredenstellen met het voeren van een slijtageslag tegen Taiwan, waarover hij bij Poetin als ervaringsdeskundige in de leer kan gaan.


Hoofdscenario 2: Xi zegt tegen Poetin dat hij diens veiligheidszorgen vanwege de expansie van de NAVO deelt, maar hij raadt hem ten stelligste af om Oekraïne in te lijven. Daarvoor zijn goede redenen. Door een Russische militaire actie zou de ingeslapen NAVO wakker worden terwijl Xi de alliantie rustig wil laten doorslapen. De economische gevolgen van een oorlog zouden erg schadelijk kunnen zijn voor Europa en daarmee ook voor China, want Europa is vlak na de VS China’s belangrijkste handelspartner. En misschien het belangrijkste bezwaar: Chinese steun aan de schending van de soevereiniteit van Oekraïne kan een boemerangeffect hebben. De Verenigde Staten zouden bijvoorbeeld actief kunnen gaan werken aan de afscheiding van de ‘autonome’ Chinese provincies Xinjiang of Tibet. Vandaar dat China nooit de Russische annexatie van de Krim heeft erkend.


Mocht Poetin toch Oekraïne binnenvallen en Rusland getroffen worden door westerse economische en financiële sancties, dan zal China te hulp schieten. Poetin heeft dat gisteren bevestigd. Daardoor zou het Russisch-Chinese blok nog hechter worden. Hun solidariteit groeit even hard als hun conflict met het Westen. In dit scenario zal Xi er niet over peinzen om een invasie tegen Taiwan te ontketenen, uit angst dat Amerika toch zal terugslaan en China wordt teruggedreven.


Die nederlaag zou het politieke einde van Xi betekenen en een sinds Mao ongekende politieke turbulentie teweegbrengen. En dat terwijl voor Xi dit jaar alles draait om stabiliteit, zodat hij zich op het partijcongres van de komende herfst voor de derde keer tot partijleider kan laten benoemen. Pas daarna zou een invasie van Taiwan weer ter sprake kunnen komen. Die kan een feit worden in 2027, het jaar waarin het Volksbevrijdingsleger, de militaire arm van de Partij en voortzetting van Mao’s Rode Leger, haar honderdste verjaardag viert.


Wat het resultaat van de top tussen Xi en Poetin ook zal zijn, ze zullen verzekeren dat hun ‘briljant model van relaties tussen grote landen’, zoals Xinhua het formuleert, zo mogelijk nog briljanter wordt. Dat is wel eens anders geweest. Mao schikte zich met tegenzin in de rol van ondergeschikte van Stalin. Hij kwam heftig in verzet tegen Chroesjtsjovs destalinisering en revisionisme. Een grensconflict leidde in 1969 bijna tot een kernoorlog tussen de twee communistische broederstaten. De val van de Sovjet-Unie was voor Xi Jinping een traumatische ervaring. De verregaande conclusies die hij daaruit trok zijn onder meer te herkennen in zijn centralistische, autoritaire en repressieve beleid.


De grote toenadering tussen Rusland en China begon in 1996 met een ‘strategisch partnerschap’, dat in 2001 werd uitgebreid tot een ‘verdrag voor goed nabuurschap en vriendschappelijke samenwerking’. Na een voortdurende opwaardering mondde dit verdrag in 2019 uit in een ‘alomvattend strategisch coördinatie-partnerschap voor een nieuw tijdperk’. Formeel zijn Moskou en Beijing geen bondgenoten, maar ze werken wel op veel gebieden samen. Logisch, want hun economieën vullen elkaar aan (Rusland verkoopt China olie, gas en wapens, China levert Rusland kapitaal, technologie en industriële producten), als autocratieën opereren ze op dezelfde politieke golflengte, en ze voelen zich beide ingedamd en vernederd door dezelfde imperialistische mogendheid.


De samenwerking tussen de twee megaburen wordt steeds hechter. Ze houden geregeld gezamenlijke militaire oefeningen, pas nog met de marine van Iran erbij. Ze werken samen op het gebied van de ruimtevaart en de ontwikkeling van hightech-wapens, en ze overwegen hun raketafweersystemen op elkaar af te stemmen. Vorig jaar steeg hun handel explosief tot 146 miljard dollar. In de internationale politiek en de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties zitten ze meestal op dezelfde lijn. Maar voor het goede oor zit de harmonie die er tussen China en Rusland lijkt te heersen vol dissonanten.


De relatie is bijzonder onevenwichtig. Vergeleken met het uitpuilende China is het reusachtige maar schaars bevolkte Rusland haast een dwerg. Poetin kijkt vol afgunst naar China’s wereldwijde expansieproject Belt and Road en is er niet blij om dat China in de voormalige Sovjetrepublieken in Centraal-Azië een steeds grotere economische rol speelt. De grote onlusten van vorige maand in Kazachstan werden door Rusland manu militari gesmoord, waardoor China met dank aan Poetin zijn economische machtspositie in dat land veilig kon stellen.


Sommige bondgenoten van Rusland, zoals India en Vietnam, hebben gespannen relaties met China. In het Noordpoolgebied, van vitaal belang voor de scheepvaart, hebben China en Rusland botsende belangen. En in eigen land is Rusland bang voor Chinese expansie. China’s sluimerende claims op gebieden in het Russische Verre Oosten, die het lang geleden verloor aan de tsaar, kunnen wakker worden geschud zodra de omstandigheden dat vereisen. Grote delen van het Verre Oosten zijn al haast onderdeel van de Chinese economie, en in sommige steden domineren Chinese immigranten.


Punten van frictie en potentiële conflicthaarden zijn er genoeg, maar die komen in elke relatie voor, en zeker in een verstandshuwelijk zoals dat tussen China en Rusland. Maar wat hen verdeelt stelt weinig meer voor vergeleken met wat hen steeds sterker bindt: de groeiende vijandschap met de Verenigde Staten.




vrijdag 04 februari 2022

Klik hier