Hoe bozer de buitenwereld, des te driester wordt Xi / Argus


Hoe bozer de buitenwereld, des te driester wordt Xi


door JAN VAN DER PUTTEN


Wat vaak onwaarschijnlijk en soms zelfs onmogelijk had geleken, is toch gebeurd: de Chinese Communistische Partij heeft haar honderdste verjaardag gehaald. Honderd jaar partijgeschiedenis is in de officiële historiografie een aaneenschakeling van glorieuze successen. De strak geregisseerde feestelijkheden en uitbundige zelffelicitaties op en rond 1 juli moeten de legitimiteit van de Partij nog verder versterken. Zodat partijleider Xi Jinping met nog groter vertrouwen zijn toekomst tegemoet kan zien en met nog meer gemak zijn binnen- en buitenlandse vijanden kan trotseren.


Met het aantal Chinezen dat Xi’s bloed wel kan drinken zouden vele voetbalstadions te vullen zijn, en dan rekenen we de Oeigoeren en Hongkongers niet eens mee. Denk aan de ontelbaren die door de disciplinaire commissie van de Partij zijn weggezuiverd, een praktijk die na bijna negen jaar Xi nog altijd onverminderd voortduurt. Het gaat om partij-, regerings- en legerfunctionarissen van alle rangen, om journalisten en intellectuelen, om kritische, onafhankelijke geesten uit alle bevolkingslagen. De gebruikelijke beschuldigingen – corruptie, hoerenbezoek of ‘ruzie stoken en problemen veroorzaken’ – verhullen in de regel het werkelijke motief van hun degradatie, ontslag, gevangenisstraf of executie: politieke onbetrouwbaarheid, ongehoorzaamheid aan het centrale gezag, eigenzinnig optreden, kritisch denken. Veel van deze mensen, en hun familieleden, zullen er geen traan om laten als Xi zelf in ongenade raakt, want in China is niets onmogelijk.


De Leider van het Volk heeft verschillende manieren om zich te verzekeren van de steun, of althans de politieke afzijdigheid, van het gros van de bevolking. Het klassieke mechanisme daarvoor is economische groei, maar die neemt sinds enkele jaren af en wordt bedreigd door de coronacrisis, de Amerikaanse economische sancties en de stagnerende bevolkingsgroei. Daarom spreekt Xi steeds meer een machtig sentiment aan: het nationalisme. Taiwan, de Zuid-Chinese Zee, gebieden in het noorden van India: ze zijn allemaal van China. Hongkong: het werd hoog tijd dat de oproerkraaiers daar tot de patriottische orde werden geroepen. Xinjiang: de extremistische neiging van de Oeigoeren om zich af te scheiden van het moederland moet radicaal worden onderdrukt, zoals dat op kleinere schaal is gebeurd in Tibet. En de economie moet steeds minder afhangen van het boze buitenland en steeds meer op eigen benen komen te staan.


Wie toch Xi’s Chinese Droom over de Grote Verjonging van de Chinese Natie probeert te verstoren, wordt onherroepelijk getroffen door de ijzeren vuist van de staat. Een alom aanwezig digitaal en fysiek controleapparaat moet die pogingen in de kiem smoren. Deze mix van maoïsme, leninisme en nationalisme, aangevuld met elementen uit aloude Chinese doctrines als confucianisme, taoïsme en legalisme, heet voluit het Denken van Xi Jinping over het Socialisme met Chinese Kenmerken voor een Nieuw Tijdperk, kortweg xiïsme. Doel van het xiïsme is in eigen land de vestiging van een welvarende dictatuur vol gehoorzame, onmondige burgers, en in de wereld de vestiging van de Chinese suprematie.


Ook Xi’s buitenlands beleid is doortrokken van nationalisme. Met zijn agressieve daden, zijn strafmaatregelen tegen buitenlandse critici en de agressieve taal van zijn wolf warrior-diplomaten maakt Xi zich alleen maar meer vijanden. Alle beschuldigingen worden verontwaardigd tegengesproken, ook al zijn de bewijzen nog zo overstelpend. De onthullingen over de massale vervolging in Xinjiang worden afgedaan als de ‘leugen van de eeuw’, maar onafhankelijk onderzoek wordt onmogelijk gemaakt. Dat geldt ook voor de oorsprong van het coronavirus. De protesten tegen de gewelddadige gelijkschakeling van Hongkong gelden als inmenging in zaken waar behalve de Chinese autoriteiten niemand wat mee te maken heeft. Volgens Peking hanteert het Westen de ‘zogenaamde mensenrechten’ en de ‘zogenaamde persvrijheid’ als wapens tegen China. De echte schenders van de mensenrechten, de grote genocideplegers, de massaproducenten van nepnieuws, dat zijn de Amerikanen en hun westerse vrienden.


Na Donald Trump zouden de spanningen tussen Amerika en China ongetwijfeld afnemen. Dachten velen. Het tegenovergestelde is gebeurd. Joe Biden maakt dagelijks duidelijk dat hij samen met Amerika’s bondgenoten China klein wil krijgen voordat het te groot wordt. In de verkiezingscampagne had Trump hem verweten een pandaknuffelaar te zijn; als president zoekt hij op een veel systematischer manier dan zijn voorganger de confrontatie met de Volksrepubliek. Vrijwel geen enkele anti-China-maatregel uit de periode-Trump is door Biden ongedaan gemaakt, nieuwe zijn er bijgekomen. Bidens China-beleid zou een mengsel worden van samenwerking, co-existentie en concurrentie, maar in de praktijk zien we op vrijwel alle gebieden een nieuwe versie van de oude Koude-Oorlogstrategie van indamming.


Nog niet zo lang geleden dachten de Amerikanen dat China geleidelijk aan de liberale wereldorde zou omhelzen. Op dit moment vergissen ze zich opnieuw, maar nu in omgekeerde zin. Ze zien China steeds meer als een existentiële bedreiging. China mores leren is ongeveer het enige punt waarover Republikeinen en Democraten het eens zijn. Senator Bernie Sanders heeft pas nog gewaarschuwd tegen de verleiding om op die gedeelde vijandschap en angst het China-beleid te baseren. Net zo’n vals gevoel van nationale eenheid werd gecreëerd na 9/11, toen het antiterrorisme het allesbeheersende thema van de Amerikaanse buitenlandse politiek werd, met alle verschrikkelijke consequenties van dien. Sanders ziet een betere manier om de totalitaire dreiging vanuit China te bestrijden: door de democratie nieuw leven in te blazen, de vele nationale crises op te lossen en ook elders in de wereld de economische ongelijkheid te verkleinen en daarmee China de wind uit de zeilen te nemen.


Van een wijzer Amerikaans beleid zal Xi Jinping zich vooralsnog niets aantrekken. Hij heeft immers zijn conclusies allang getrokken: Amerika is onverbiddelijk op zijn retour, en de westerse democratie heeft geen toekomst meer, kijk maar naar de kredietcrisis van 2008, de opkomst van het populisme, de brexit, de door Trump aangerichte destructie, het eindeloze corona-gekluns. Nu het xiïsme zijn superioriteit heeft bewezen, is het ook niet nodig meer om rekening met het Westen te houden, dat economisch zo afhankelijk van China is geworden dat het naar Xi’s pijpen zal moeten dansen. Hoe Amerika of Europa of Australië of Canada of Japan ook reageren, het kan Xi Jinping niets meer schelen. Integendeel, hoe bozer de buitenwereld, des te driester zijn dreunen. En des te witter het voetje dat hij kan halen bij zijn chauvinistische achterban.




zondag 11 juli 2021

Klik hier