Morbide interregnum / De Groene Amsterdammer


Column Buitenland
Morbide interregnum
door Jan van der Putten

Rond 1930 schreef Antonio Gramsci in zijn gevangeniscel een zin die een van zijn beroemdste citaten zou worden: ‘De crisis bestaat precies uit het feit dat het oude sterft en het nieuwe niet geboren kan worden; in dit interregnum doen zich de meest uiteenlopende morbide verschijnselen voor.’ Een profetische uitspraak, die weer volop actueel is. De naoorlogse westerse wereldorde steunt en kreunt, de nieuwe kan nog geen gestalte krijgen, en in dit limbo heeft de boosaardigheid vrij spel. De uiteenlopende morbide verschijnselen van nu – noem ze Trump, IS, rassenhaat, neonazisme, discriminatie, verhit nationalisme of politieke onderdrukking – hebben één ding gemeen: een fanatieke hang naar een geïdealiseerd verleden. De ziekteverschijnselen die de crisis van nu kenmerken zijn in een ver verleden opgedaan.

Politieke nostalgie is allesbehalve nieuw. De Bourbons hadden na de Franse Revolutie en Napoleon niets vergeten en niets geleerd, Mussolini zag zichzelf als een herboren Romeinse keizer, de Nederlandse politieke klasse herstelde na de Tweede Wereldoorlog de vooroorlogse politieke orde. Soms beklijft zo’n restauratieproject. Het confucianisme spant de kroon. 2500 jaar geleden was het in China een roerige tijd. De rondreizende Chinese filosoof meester Kong, bij ons bekend als Confucius, had heftig heimwee naar de samenleving van vijfhonderd jaar eerder, toen de vorst nog zijn plicht deed en zijn onderdanen hun plaats kenden. Met zijn sociale, morele en politieke voorschriften trachtte Confucius die harmonieuze maatschappij, die vermoedelijk alleen in zijn verbeelding heeft bestaan maar wel voorzag in een ontzaglijke behoefte, te laten herleven. Tot op de dag van vandaag is het confucianisme de leidende sociaal-politieke leer in China, Vietnam, Japan en Korea.

Laten we aannemen dat de huidige crisis geen blijvertje wordt
De nostalgici van nu hebben grondig afgerekend met het na de Tweede Wereldoorlog geboren vooruitgangsgeloof, een mythe die door de val van de Muur nog werd versterkt. Grote vooruitgang is er ongetwijfeld geboekt op gebieden als wetenschap en technologie, gezondheid, communicatie, onderwijs en armoedebestrijding. Maar op politiek en economisch gebied is het volop crisis, nog afgezien van de milieucatastrofe en de geopolitieke chaos die de overgang naar een post-Amerikaanse era kenmerken. Laten we aannemen dat de huidige crisis niet een blijvertje wordt of, nog erger, tot de ondergang zal voeren, zoals de doemdenkers ons willen laten geloven. Nu staan er in crisistijd altijd apocalyptici op. De geschiedenis is ervan vergeven. Maar steeds opnieuw hadden ze ongelijk, misschien ook omdat hun doemscenario’s tegenacties opriepen. Ook ditmaal gaat het om een restauratie, maar niet van het soort dat de Bourbons na Napoleon of de naoorlogse Nederlandse politici wilden uitvoeren. De restaurateurs van nu willen veel verder terug dan naar de status quo ante.

De kiezers van Trump en de stemmers voor de Brexit willen terug naar een oude orde, toen hun land nog onbetwist de lakens in de wereld uitdeelde en geen last had van buitenlanders, buitenlandse geloven of buitenlandse economieën. Veel trumpianen willen terug naar de tijd dat de zwarten hun plaats nog kenden en nog niemand de suprematie van de blanken in twijfel trok. IS wil het eerste islamitische kalifaat na de dood van de profeet, veertien eeuwen geleden, laten herleven. Fanatici van alle pluimage hunkeren naar de overzichtelijke tijd dat hun geloof, hun ideologie, hun ras nog volop de dienst uitmaakten. Erdogan wil het Ottomaanse rijk laten herrijzen, Poetin het tsarenrijk of de Sovjet-Unie, Xi Jinping het Rijk van het Midden. Kunnen ze niet iets nieuws verzinnen?

Ook de grote confrontaties van nu gaan vaak terug op een ver verleden. Israël is op dat punt recordhouder. In het eeuwige conflict met de Palestijnen beroept het religieuze deel van de natie zich op God zelf, die Zijn volk al het land tussen de zee en de Jordaan gaf. In de conflicten in de Zuid- en Oost-Chinese Zee beroept China zich op oude kaarten van dubieuze historische waarde, terwijl andere conflicthaarden voortkomen uit oude oorlogen zonder vredesverdrag: de kwestie-Taiwan wortelt in de Chinese Burgeroorlog, de crisis rond Noord-Korea in de Koreaanse Oorlog, terwijl in de periodieke Chinees-Indiase militaire confrontaties – de laatste, langdurigste en gevaarlijkste eindigde begin deze week – de grensoorlog van 1962 weer opleeft. Al deze conflicten kunnen leiden tot een oorlog tussen Amerika en China. Zelden is in een crisis de geschiedenis zo’n loden last geweest.




zaterdag 02 september 2017

Klik hier